Om in de prinsengarde opgenomen te worden wordt er door de regerend prins vòòr zijn aftreden een sollicitatiebrief geschreven met een gefundeerde reden waarom hij vindt dat hij in de prinsengarde op zijn plaats is.
Deze brief wordt in een prinsengardevergadering behandeld en wanneer alle leden instemmen, wordt hij aspirant lid.
Na zijn aftreden krijgt hij van de voorzitter het prinsenhart omgehangen en dat dient hij dan tot aan het Frühschoppen te dragen bij alle officiële gebeurtenissen, uittredens, etc.
Dit is (was) best een opgave omdat het hart gevuld was met metaal. Tegenwoordig is dit niet meer, om problemen met de Arbo te voorkomen (grapje).